DE VERLICHTING

 

(Vertaald uit het artikel “Light and Your Bird” van Patrick R. Trush – USA)

Neem nu eens een momentje voor jezelf en denk na over je dag en  wat je die dag dan zo wel hebt gedaan.

Was je thuis, of op je werk, op school, winkelen of uit eten, enz.,? Denk dan ook eens even na over het licht of de verlichting in al die verschillende omgevingen.

Als we onze dagelijkse bezigheden zo de revue laten passeren, zullen we merken dat we daarbij weinig aandacht schenken aan de kwaliteit of de bron van het licht, die onze dagelijkse gang van zaken en onze dagelijkse activiteiten mogelijk maakt.

Simpel gezegd het licht is er gewoon.

Het meeste licht wat we daarbij gebruiken heeft eigenlijk maar weinig te doen met het zonlicht.

Hoewel kunstlicht nodig en van belang is voor onze dagelijkse uit te voeren bezigheden, is echter de oorspronkelijke bron van het licht (c.q. de zon), niet aanwezig in veel ruimtes in het spectrum, die wij toch als uitgebalanceerd c.q. gezond beschouwen.

Mensen zijn daarin tegen flexibele wezens. Geef ze de juiste voeding en stel ze regelmatig bloot aan zonlicht, dan zijn hun gezondheids problemen die ontstaan bij het gebrek aan natuurlijk daglicht, eerder uitzondering dan regel.

Ons lichaam is namelijk niet afhankelijk van het normale dagelijkse ritme van de zon.

Dit is echter niet het geval bij de meeste dieren en zeker niet bij vogels. In het wild gaan de dieren af op de cyclus van de zon en de cyclus van de seizoenen en regelen daarmee vervolgens hun biologische klok en stofwisseling.

Het is de zon, de kwaliteit van het licht en de daglengte, die het stadium van voortplanting, de trek, de rui en hun dagelijkse leefpatroon bepaalt.

Vogels hebben een sterk ontwikkeld gevoel voor licht.

Wij als mensen nemen het licht waar door onze ogen.

Onze gevederde vrienden hebben via een speciale klier rondom hun ogen een extra manier om het licht te interpreteren.

Dit orgaan de “Harderian Glands” (traanklieren) genoemd, werken in combinatie met het licht dat een vogel door zijn ogen ontvangt en daarmee weer van invloed is op de klieren in de hersenen die de groei en ontwikkeling regelen bij warmbloedige dieren.

Wisseling in de sterkte en de kleursamenstelling van het licht, dienen om de vogel voor te bereiden op seizoen wisselingen en het broed gedrag dienaangaande.

Als zodanig werkend als de nauwkeurige regeling van een vogel zijn dagklok/dagritme.

Een tweede aandachtspunt betreft de invloed van het zonlicht op de gezondheid van het dier.

De ultraviolette straling van het zonlicht werkt samen met het natuurlijke immuun systeem en versterkt dit vervolgens om de vogel te beschermen tegen ziektekiemen.

Het ultraviolet daarin helpt daarbij om de vogel te beschermen tegen uitwendige ziektekiemen (virussen en bacteriën). Daarnaast stimuleert de hoeveelheid en verscheidenheid aan licht de psyche van het dier om hem biologische te laten weten hoever het staat met zijn natuurlijke omgeving en het in elkaar overgaan van activiteiten, die een deel van zijn ritme zijn van de wereld waarin dat dier leeft.

Veel dieren gebruiken ook het zgn. middensegment van het UV licht, voor het aanmaken van Vitamine D.

Via dit proces maakt de lever een chemische stof aan die bekend staat als het goede choleresterol “voorganger D” (7Dehydrocholesterol).

Deze stof komt vrij in de bloedsomloop welke dan via de huid of via het netvlies van het oog wordt blootgesteld aan het middensegment van het UV, waar het dan wordt omgezet in “previtamin D”.

Dit wordt soms verward met D2 (calciferol), een vorm van vitamine die zijn oorsprong vindt in planten.

De natuurlijke temperatuur van een organisme rangschikt deze stof dan verder, vormt daarbij een zwak D3 of “cholecalciferol”.

Dit is dezelfde stof die gebruikelijk ook aanwezig is als voedingssupplement in vogelpellets.

Om volledig actief vitamine D te worden, maken de lever en de nieren veranderingen aan in de chemische stof, met als resultaat echte vitamine D3 (1,25 dihydroxycholecaciferol).

Zodra echter om het even ook welk warmbloedig dier kennis heeft gemaakt met een bron van calciferol of cholecalciferol, speelt UV of wat dan ook, geen rol meer in b.g. systeem van omzetting van UV naar vitamine D.

Dit is duidelijk het geval bij nachtdieren of dieren die zich verbergen (ondergronds leven), daardoor niet aan UV worden blootgesteld, maar voldoende evenwichtige vitamine D verkrijgen via hun natuurlijke voedselbron.

Het gezichtsvermogen van vogels is geheel verschillend t.o.v. dat van ons mensen.

Wij zijn in staat om de drie verschillende en voornaamste kleurdimensies te zien.

Dit wordt een driekleurig gezichtvermogen genoemd.

Vogels hebben nog een andere dimensie in hun gezichtsvermogen. Vogels kunnen ook goed zien in het nauw verwante UV gebied.

Voor ons zou het zijn alsof er een vierde voorname kleurdimensie zou zijn.

Dit wordt een vierkleurig gezichtsvermogen genoemd. Deze extra dimensie om UV te kunnen onderscheiden/zien geeft veel voordeel in hun gezichtsvermogen, daardoor kunnen vogels andere vogels, voedsel, hun vijanden en de juiste richting van waar uit het licht komt zien.

Er is wat onderzoek gedaan bij vogels, dat aantoont dat deze mogelijkheid van waarneming wordt gebruikt bij het navigatiesysteem.

We weten nu dat het zonlicht een viervoudige functie heeft in het leven van vogels: het regelt hun stofwisselingsklok en hun inzicht in seizoenswisselingen; de volledige dimensie van zonlicht wordt meestal gebruikt bij hun zicht (gezichtsvermogen); het is van belang voor de gezondheid en welzijn van dieren; en het voorziet in de benodigde vitamines, voorziet in de behoeftes voor hun beenderen en voorziet in hun fysieke ontwikkeling.

Het is deze combinatie van factoren die een vogel in staat stelt om op de meest natuurlijke wijze te overleven en zijn soort voort te planten c.q. in stand te houden.

Dit systeem is dan ook geïmplanteerd in de genetische opmaak van vogels.

Laten we nu eens nadenken over de kooivogels.

Indien gehouden in een buiten volière dan is hiervoor geen verdere discussie over de noodzaak van kunstlicht nodig.

Maar de werkelijkheid is dat een groot deel van de kooivogels binnen wordt gehouden, onderworpen aan het weinige licht, waar wij mensen aan gewend zijn.

Als zodanig alle belangrijke factoren missend die in bovenstaande alinea’s zijn omschreven.

Om een zo natuurlijk en gezond mogelijke omgeving voor onze vogels te creeren is het gebruik van kunstlicht daarbij noodzakelijk. We gaan dan nu ook kennismaken met de enigszins verwarrende wereld van “Full spectrum (FS)” verlichting.

Tegen gesteld aan diverse beweringen/stellingen kunnen alleen fluorescent lampen (TL buizen) maar “full spectrum” zijn.

Door de basisfysica (het natuurkundig beginsel) van gloeilampen, produceren deze onvoldoende spectraal gamma om zonlicht te kunnen nabootsen.

Bepaalde type gloeilampen die gecoat zijn met een laag lanthanid ( een scheikundig zeldzaam aardmetaal) worden ook wel “neodymium” lampen genoemd, hiervan wordt geclaimd dat deze “full spectrum” zijn, maar dat zijn ze niet.

Deze lampen filteren slechts de lagere rode golflengtes uit het licht van de gloeilamp, waardoor het voor het menselijke oog lijkt alsof het licht dan witter is.

Door het verminderen van lagere golflengtes worden niet de cruciale stralingscomponenten afgegeven die nodig zijn voor de broedcyclus en voor de celweefsel activiteiten.

Dit soort lampen zijn noch gezond of geschikt voor je vogels.

Fluorescent lampen/TL buizen kunnen alleen “full spectrum” genoemd worden als ze een “CRI ( color rendition index)” groter dan 90 en een “Colour Temperature” groter dan 5000K hebben.

Hieronder een tabel waarin de gebruikelijke “full spectrum” TL buizen worden getoond, die geschikt zijn voor gebruik in vogelruimtes oftewel in vogel kweekruimtes.

(FLUORESCENT) oftewel TL BUIZEN GESCHIKT VOOR VOGELS

(FLUORESCENT) oftewel TL BUIZEN GESCHIKT VOOR VOGELSLamp/buis typeColor TemperatureCRIFabrikantSPECIAAL “FULL SPECTRUM”TL950 Series5000 K98PhilipsbioLIGHT LT48BE85000 K98OTT bioLightsystemsLumichrome 1XC5000 K96LumiramVita Lite Supreme5500 K96Duro-TestALGEMEEN “FULL SPECTRUM”Colortone 505000 K92PhilipsVita Lite Plus5500 K91Duro-TestChroma 505000 K90General Electric

Alle bovengenoemde TL buizen kunnen worden gebruikt in lengtes van 600 of 1200mm.

Het is in verband met de langst mogelijke branduren/standtijd aan te bevelen om buizen te gebruiken met een CRI van 92 of hoger.

Door het verouderingsproces van TL buizen is het echter raadzaam om na c.a. 9000 branduren (± 2 jaar) ze te vervangen.

De TL buizen behoeven dan niet weggegooid te worden, deze zijn namelijk nog zeer goed te gebruiken voor normaal huishoudelijk gebruik.

Het maakt niet uit welke lengte buis je gebruikt, maar het moeten er altijd twee (2) zijn.

Een enkele armatuur oftewel die met maar één (1) TL buis, geeft namelijk niet voldoende licht om voor de vogels echt nuttig of heilzaam te zijn.

Indien mogelijk monteer dan je TL armatuur(en) tegen het plafond, dat is het meest natuurgetrouw. Bevestig ze alleen aan de muur als het i.v.m. de kooi constructies niet anders kan.

De meest optimale afstand tussen de bovenkant van de kooi(en )en het verlichtingsarmatuur is tussen de 300mm – 450mm.

Een kleinere afstand tussen de bovenkant van de kooi(en) en de TL verlichting is niet aan te bevelen en is mogelijk zelfs nadelig voor kooivogels.

Plafondmontage houdt twee belangrijke dingen in:

Ten eerste, Het licht schijnt naar beneden, idem zoals buiten in de natuur en zorgt ervoor dat de vogel het licht waarneemt als komend vanuit een natuurlijke richting (dus van boven af).

De op deze wijze door het licht geleverde prikkels zijn een hint (teken) die de hersens van de vogel verwacht oftewel nodig heeft, om de cyclus en het daarbij behorende gedrag te bepalen.

Het zorgt daarbij ook nog voor een goede verspreiding van het licht, zichtbaar als zowel onzichtbaar in de kooien.

Objecten worden op deze manier evenredig verlicht en worden zodoende beter zichtbaar.

Ten tweede, Het is eenvoudiger om de lichtsterkte die de kooien bereikt, te regelen. Te helder licht is geen goede zaak. Als de ruimte voor u te licht lijkt, dan is dat waarschijnlijk ook zo.

De regels oftewel het ervaren van comfortabele licht, zijn voor een mens gelijk aan die voor een vogel. Gebruik die regels dan ook.

Het grond beginsel van het kunstlicht betreft daglicht.

Over het daglicht is in de begin van dit artikel reeds omschreven, dat het daglicht ritme de interne biologische klok van vogels regelt.

De noodzaak van en behoefte aan daglicht voor hun biologische klok wordt niet aangetast als vogels binnen worden gehouden, ook niet na generaties van binnen gekweekte vogels.

Daarom is het ook van het grootste belang dat je de kooivogels blootstel aan een goed en geregeld c.q. regelmatig lichtschema/(ritme).

Dit is dan ook de reden waarom de verlichting in je vogelverblijf met een schakelklok geregeld dient te worden.

Zo’n systeem met een schakelklok garandeert dat de vogels elke dag de benodigde oftewel de gewenste hoeveelheid licht krijgen.

De meeste vogelhouders zullen dan ook merken dat na een aantal weken na de start van het regelen van het licht met een schakelklok, de vogels in staat zijn om hierop te anticiperen en al gauw aanvoelen wanneer het licht aan-, of uitgaat en daar hun leefritme betreffende dag en of nacht op aanpassen.

Door de bank genomen hebben vogels per dag 10 tot 14 uur licht nodig.

Voor vogels die niet broeden is dat gemiddeld zo’n 12 uur.

Het is altijd het beste de timer van je schakelklok zo in te stellen dat het licht één (1) uur na zonsopgang aangaat en één (1) vóór zonsondergang weer uitgaat.

Het stelt de vogels zodoende in staat om ’s morgens op gang te komen en ’s avonds zich voor te bereiden voor de nachtrust.

Het is ook beter om het natuurlijke dag/nacht ritme proberen te evenaren en de vogels dit te laten ervaren.

Uiteraard moeten de instellingen van de schakelklok ook aangepast worden i.v.m. de seizoenswijzigingen m.b.t. de zonsopgang en zonsondergang en het verminderen van de daglicht periode.

Indien het voor het een of ander nodig is om de vogels voor het licht af te schermen (bijv in een huiskamer), dan is het aan te bevelen om hiervoor dan een dun materiaal te nemen dat enigszins wat licht doorlaat voor als het licht weer aangaat.

Zo’n afscherming dient als het licht aangaat, zo snel mogelijk te worden verwijderd en pas weer worden teruggeplaatst als dat voor de vogel ’s avonds weer nodig is.

Alhoewel de meeste “full spectrum” verlichting voldoende middensegment UV straling afgeeft voor Vitamine D aanmaak, verliest het echter veel van die eigenschap bij het ouder worden van die verlichting c.q. TL buis.

Vanuit dit oogpunt gezien is het daarom van veel meer belang om je vogels een kwalitatief uitgebalanceerde voeding te geven met daarbij als extra de benodigde Vitamine D inhoudende voedingssupplementen.

Deze Vitamine D supplementen worden zoals wettelijk verplicht op de verpakking van de betreffende voedingssupplementen vermeld, zodat je dit ook kan controleren.

Ook het geven van wat groenvoer of visolie alszijnde Vitamine D leveranciers, voorzien enigszins in hun behoefte aan Vitamine D. !!!!!! Al de verlichting op de wereld compenseert nooit een slechte voeding.!!!!!!

Verwacht niet dat er een soort verlichting is die in de Vitamine D behoefte van je vogels voorziet.

Als je voor het eerst “full spectrum” verlichting in gebruik neemt, lijkt het misschien alsof de hoeveelheid licht niet voldoende is in vergelijking met de standaard fluorescent (TL) verlichting.

De oorzaak hiervan is dat wij mensen namelijk niet zo goed als dat de vogels dat kunnen, de rode en de violette stralingen zien.

Daarom lijkt het voor ons alsof “full spectrum” verlichting een blauwe kleur heeft en voor ons alszijnde een optische illusie die minder helder is als wanneer je een dergelijk soort standaard TL buis zou gebruiken.

Je zal echter wel merken dat de kleuren helderder zijn, de scherpte van het zicht toeneemt en bij langdurige blootstelling aan dat licht, de vermoeidheid van de ogen minder is.

Maar wees er zeker van dat in zo’n omgeving je vogels beter zien dan u.

Uw vogels zijn grotendeels van u afhankelijk, zowel fysiek (lichamelijk) als mentaal (geestelijk).

Als u de aanbevelingen/richtlijnen van dit artikel volgt, dan kan u er gerust van zijn dat u in ieder geval u uiterste best doet om uw vogels van een uitgebalanceerde en juiste verlichting te voorzien. Onderzoek heeft namelijk uitgewezen dat licht of in ons geval de verlichting een belangrijke rol speelt in het leven van vogels in gevangenschap oftewel kooivogels.

Met het toepassen van een goed en dus gezond verlichtingsschema werkt u mee aan veel fijne en gezonde jaren voor en met uw vogels.

STUDIECLUB VOOR KLEUR-, VORM- EN POSTUURKANARIES

 

Ondersteund door WordPress